Maaike Neuville en Roy Aernouts over Op een bankje, op een dag
Actrice Maaike Neuville is een van de nieuwe KVS-gezichten die vanaf dit seizoen regelmatig te zien zal zijn in onze zalen. De Brusselse – bekend van theater, film en televisie – staat meteen twee keer in de seizoensbrochure. Met de hoofdrol in Madame Bovary volgend voorjaar, en samen met Roy Aernouts in Op een bankje, op een dag, dat op 5 en 6 oktober in openlucht, op het achterplein van de BOL, in première gaat.
Maaike, jij was al zichtbaar als een van de stemmen in het protest tegen de cultuurbesparingen, en toen kwam ook nog corona. Hoe heb je de afgelopen maanden doorgemaakt?
MN “Het enige positieve aan beide dramatische crisissen is dat ze mensen in beweging en tot actie brengen. Bij mij heeft de lockdown ook de creativiteit verhoogd. Ik ben al langer aan het schrijven – van scripts en toneelteksten tot gedichten – en de afgelopen maanden ben ik me opnieuw intenser op die teksten gaan richten. Toen ik met Michael De Cock praatte over Madame Bovary, kwam het gesprek ook op deze tekst die eigenlijk al een paar jaar op mijn schap ligt. Ik hou wel van het idee dat er voor alles nog wel eens een geschikte tijd aanbreekt. Doordat KVS ervoor koos om de plannen voor dit najaar resoluut aan te passen aan de omstandigheden, kwam alles samen. Op een bankje, op een dag is ook effectief bedoeld om buiten op een bankje te spelen. Ik had me er zelfs al eens het achterplein van de KVS bij voorgesteld. En nu komt het er daadwerkelijk van. Het is knap dat KVS zo kort op de bal heeft kunnen spelen terwijl ook projecten in theater net als in de film meestal toch door een hele machine moeten voor ze uiteindelijk gerealiseerd kunnen worden.”
RA “Korter op de bal spelen kan ook een zegen zijn. Door intuïtiever en impulsiever tewerk te gaan, wordt de urgentie van wat je doet misschien beter voelbaar en zit je dichter bij het ‘nu’ dat zo belangrijk is in het theater.”
Op een bankje, op een dag is het tweede deel van wat misschien een trilogie wordt. Na Twee mensen praten... misschien dat jullie in 2010 al met zijn tweeën speelden. Hoe kwam jullie artistieke verwantschap tot stand en wat zou je het overkoepelende element van die trilogie noemen?
RA “Tijdens haar laatste jaar Studio Herman Teirlinck zaten er geen mannelijke acteurs in Maaikes klas, waardoor ik één van de acteurs was die gevraagd werd om de mannenrol te spelen in Mooi van Gerardjan Rijnders, dat haar klas toen speelde. Toen al was er een klik, waarna we nog hebben samengespeeld in de televisieserie Katarakt, en Maaike Twee mensen praten... misschien schreef. Haar teksten zijn voor ons een manier om nog eens opnieuw samen te komen, na te denken en te praten over een aantal thema’s."
"Ook nu weer voelde ik hoe Maaike op een vrij associatieve, maar ook muzikale en ritmische manier een gedachtestroom heeft vormgegeven in een tekst die heel natuurlijk is en dankbaar om te spelen.”
MN “Er zit een fijne, vrije dynamiek in de manier waarop we met elkaar spreken en spelen. Daar heb ik natuurlijk ook aan gedacht terwijl ik deze twee dialogen schreef. De rode draad in beide stukken is relaties. Twee mensen praten ... misschien ging over twee mensen die besloten dat ze alles tegen elkaar zouden zeggen, en dus over eerlijkheid. Je zou kunnen zeggen dat Op een bankje, op een dag laat zien wat daarvan de gevolgen kunnen zijn. Dat gaat over verlangen, en de vraag of je elk verlangen altijd moet willen invullen. Twee mensen besloten toen ze jonge twintigers waren dat ze elkaar niet meer zouden zien, tot een volgende ontmoeting twintig jaar later op hetzelfde bankje. Hun opzet was dat ze zich niet wilden vastpinnen op elkaar. Maar door op geen enkele manier een relatie aan te gaan – niet als vrienden en niet als geliefden – hebben ze ook veel uitgesloten. De angst jezelf te zullen verliezen door in relatie te treden met iemand, kan er ook voor zorgen dat je schoonheid en geluk misloopt.”
Welke extra dimensie krijgt theater als het, zoals hier het geval is, in openlucht wordt gespeeld?
MN “Ik heb al vaak meegespeeld bij Comp. Marius, dat bijna niets anders dan openluchtvoorstellingen doet, en ik vind dat heerlijk. Zowel bij het publiek als bij de spelers leidt het tot een soort openheid om er samen iets speciaal en uniek van te maken. Nog meer dan in de theaterzaal heb je gevoel dat je iets gaat meemaken dat zich maar één keer afspeelt. Uit een zwarte theaterbox wordt veel ‘leven’ gebannen, terwijl je buiten alles wat er rondom je gebeurt op een of andere manier omarmt. Een voorstelling is meer in de onmiddellijke werkelijkheid ingebed.”
RA “Ik heb ook al met Comp. Marius gespeeld. Onder andere met de Noordzee op de achtergrond – waar we toen echt niet tegenop konden (lacht)."
"Maar als je een deel kan zijn van de omgeving en alles werkt samen, is in openlucht spelen een van de mooiste dingen die je kan doen. Tegelijk spelen we ook versterkt, waardoor we het spel ook dicht bij ons kunnen houden.”
In dit stuk zit er ook extra spanning tussen de intimiteit van jullie twee op dat bankje, en alle toeschouwers die daar op een publiek plein naar zitten te kijken.
MN “We zullen de vierde wand af en toe doorbreken, en we zullen de passage en de gebeurtenissen in de omgeving niet kunnen controleren. Het stuk zal dus een mix zijn van wat voorzien is en wat niet. Ik bevind mijzelf als maker en als speler graag op die plek waar je niet alles onder controle hebt. Zeker in dit stuk, dat ook gaat over de verlangens naar controle en overgave, is dat toepasselijk. We hebben ook gekozen om voor elke voorstelling een andere muzikant uit te nodigen, die dan als een soort straatmuzikant in het stuk is ingeschreven. Welke muzikant is elke avond weer een verrassing, en de manier waarop hij of zij de vastgelegde stukken interpreteert zal ook elke keer een onverwachte draai aan de voorstelling geven.”
Interview door Michaël Bellon